Hoe heet het?
Kokosnoot, klapper of klappernoot, Cocos nucifera (L), kelapa / kelapa tua (Indonesië), dua / dừa (Vietman), maprow / maprao (Thailand), yézi / 鲜椰子 (China).
Wat is het?
Een verse kokosnoot is de rijpe steenvrucht (geen noot dus) van de kokospalm, een palmsoort die zo’n beetje over de hele wereld groeit, als het er maar warm en vochtig genoeg is. De kokosnoten worden meestal geplukt als ze groen en rijp zijn, daarna laat men ze verder rijpen/drogen zodat de schil bruin wordt en het vruchtvlees stevig & wit in plaats van zacht & lichtroze. Als men ze aan de palm laat zitten gebeurt dit vanzelf, voordat ze loslaten en naar beneden vallen.
Hoe te gebruiken?
Het beste is om gewoon even een priem en hamer te pakken en twee van de drie oogjes te doorboren om het kokoswater beheerst op te vangen in een kommetje. Dat scheelt geklieder. Daarna kun je eventueel grof geweld gebruiken om ‘m open te kraken: hamer, bijl of gewoon op de stoeprand rammen. Eenmaal gekraakt kun je het witte vruchtvlees er in stukken uit peuteren of in schraapsels uit schrapen. Kies in de winkel de zwaarste kokosnoot die klotst alsof ie vol water zit. Hoe lichter, hoe groter de kans dat ie oud en uitgedroogd of rot is. Thuis nog wel even te bewaren, maar ’t blijft lastig inschatten of ie nog goed is.
Tips, weetjes & recepten
- Tip: blaker de kokosnoot (zonder kokoswater) op een gaspit tot ie zwart is. Als je geluk hebt laat het vruchtvlees daarna los zonder bruin velletje! (zie dit filmpje)
- Zie ook de post over: jonge kokosnoot of over kokosmelk.