Hoe heet het?
Asam kandis, asem kandis (Indonesië), Garcinia xanthochymus / Garcinia dioica (L), tamal / jharambi (India), cochin goraka / kolon (Sri-Lanka), mada luang (Thailand), bứa nhuộm (Vietnam), dà xié téng huáng / 大 叶藤黄 (China). Bijnamen: wilde mangistan, false mangosteen, sour mangosteen
Wat is het?
Asam kandis zijn zongedroogde schijfjes van het ± 8 cm kleine vruchtje van de moendoe boom. Oorspronkelijk uit India, maar groeit ook op Sumatra en elders in Zuidoost-Azië. De stukjes asam kandis zijn zo’n 2 cm lang en lijken op het eerste gezicht op gedroogde, zwarte keuteltjes, maar als je goed kijkt zijn ze ook een beetje rood. Op de foto lijken ze lichter dan in werkelijkheid. Ze smaken zuur met ook een licht bittertje.
Hoe te gebruiken?
Asam kandis (vaak 2-3 stukjes) kan kort of lang worden meegesudderd in stoofgerechten. Let op, je vist de stukjes er voor het serveren weer uit, je eet ze niet op. Kan voor de zuurte vervangen worden door wat tamarinde of dat waar tamarinde vaak mee vervangen wordt: een scheutje azijn of citroensap. De donkere kleur die asem kandis aan een gerecht geeft mis je dan wel. Luchtdicht en droog nog jaren te bewaren, maar pas op voor schimmel.
Tips, weetjes & recepten
- In de rendang zoals ze die op West Sumatra maken wordt typisch asam kandis gebruikt. Het geeft de rendang een donkere kleur.
Recept: Rendang Daging Minang - Heeft zijn bijnaam wilde mangistan niet te danken omdat het vruchtje zou lijken op een mangistan, maar omdat de boom erop lijkt en er familie van is.