Veel mensen zeggen dat ze pomelo niet lekker vinden, maar als je een schaaltje met gepelde partjes pomelo op tafel zet gaat het waarschijnlijk schoon op. Het pellen is een werkje, maar eenmaal gepeld blijven de partjes een paar dagen goed in de ijskast. Je maakt er in een handomdraai een Thaise salade van, gewoon met een simpele dressing op basis van vissaus en wat geroosterde kokos. Maar met wat grote garnalen, iets meer werk en verse kruiden maak je er iets bijzonders van. Simpel of ingewikkeld, je kunt de onderdelen prima van tevoren voorbereiden en op het moment suprême door elkaar mengen.
Tagarchief: garnalen
Gedroogde garnalen zijn er in vele maten, soorten, kleuren en kwaliteiten. Vaak geldt, hoe duurder hoe beter. De smaak varieert van een beetje vies stinkend tot heerlijk zoetig. In te delen in drie soorten:
Xiami (虾米)
Gewone, gepelde garnaaltjes, gedroogd in de zon, soms voorgekookt. De regel was altijd: hoe oranjer, hoe duurder, hoe beter.
Gebruik: voor gebruik een uurtje of langer weken in (heet) water of bouillon. Lekker met een scheutje Shaoxing rijstwijn. Daarna onbereid verwerken in salades, meebakken in roerbakgerechten of gebruiken voor de beroemde XO-saus.
Bewaren: luchtdicht afgesloten in de koelkast nog maanden zo niet jaren te bewaren.
Xiapi (蝦皮)
Ook: sia pee, dried baby shrimps, shrimp skin.
Hele kleine, doorzichtige baby garnaaltjes, met kop en al gedroogd in de zon.
Gebruik: eventueel eerst even afspoelen (doe ik nooit) en dan meebakken of stoven, meestal in groentengerechten. Of verpulverd om sauzen of beslag (takoyaki) op smaak te brengen. Klassiek in de vulling van Chinese bieslook pasteitjes (jiǔcài hézi /韭菜盒子).
Bewaren: luchtdicht afgesloten in de koelkast (of vriezer) nog maanden zo niet jaren te bewaren.
Yinghua Xia (櫻花蝦)
Ook: sergestid shrimp, cherry (blossom) shrimps, Pelagic shrimp, sergestes lucens (Latijn), sakura ebi / サクラエビ / 桜海老 (Japan).
Een bijzonder soort garnaal die enkel voorkomt in bepaalde wateren bij Japan en Taiwan en waar ook maar een paar maanden per jaar op gevist mag worden. Vers zijn ze heerlijk, maar gedroogd ook. Een ware delicatesse, zie bijvoorbeeld deze intrigerende bonbons van gedroogde garnalen met witte chocolade.
Tips, weetjes & recepten
- Die laatste soort heb ik nog niet gesignaleerd in Nederland, de foto is geleend van Shirley van het Deense blog Køkken 69
- Recept: frisse salade van bleekselderij met gedroogde garnaaltjes
of: gestoomde turnip cake
Andere posts over gedroogde vis enzo:
Hoe heet het?
Trassi / trassie / garnalenpasta (Nederland), terasi / terasie (Indonesië), belacan / belachan / blachang (Maleisië), ngapi (Birma), kapi / กะปิ (Thailand), mắm ruốc, mắm tép, mắm tôm (Vietnam)
Wat is het?
Trassi is een in de zon gefermenteerd mengsel van gemalen, kleine, rauwe garnaaltjes en zout dat daarna in handzame blokken wordt geperst. Het stinkt enorm, maar is onmisbaar in veel Indonesische gerechten. Gewoon even doorzetten want na bereiding merk je niks meer van die sterke vissmaak of geur en heeft je gerecht een heerlijke, authentiek Indonesische smaak.
Hoe te gebruiken?
De meeste trassi die in Nederland verkocht wordt is al geroosterd (dan staat er “bakar” op het etiket), maar als dat nog niet gebeurd is moet je dat zelf nog even doen. Prik een stukje op een vork en houdt het boven een gasvlam. Wel eerst de omgeving waarschuwen, want de lucht zal niet te harden zijn. Trassi gaat in kleine hoeveelheden door gerechten, vaak niet meer dan een half theelepeltje en eerder aan het begin van de bereiding (bijvoorbeeld bij het bakken van de ui), dan op het eind. Luchtdicht nog lang te bewaren, ook buiten de koelkast.
Tips, weetjes & recepten
- Recept: Opor ajam (kip in kokosmelk met pakchoi)
- Ook al staan de namen van de Thaise, Vietnamese en Birmese garnalenpasta hierboven vermeld, toch zijn die niet helemaal vergelijkbaar met de trassi zoals wij die kennen. Vaak smeerbaarder en lichter van kleur, zou ik ze niet gauw onderling verwisselen. Gebruik voor Indische gerechten de Indische trassi, voor Thaise de kapi, etc etc.
- Als vegetarische of veganistische alternatieven voor trassi wordt wel genoemd: umepasta, taotjo of miso
- Zie ook de post over die andere Indonesische garnalenpasta: petis udang
- Let op, niet schrikken als je glas in je trassi meent te vinden. De kans is groter dat het gewoon zoutkristallen zijn. Wil je het zeker weten, doe zo’n kristal in een glaasje warm water. Als het echt glas is zal het niet oplossen. Als het zout is, dan wel.
een paar tofu vellen / tofu sheets
200g grote garnalen (rauw)
2 waterkastanjes (in kleine blokjes)
1½ eetl maïzena (of een ander zetmeel)
½ eetl gember (zeer fijngehakt)
¼ theel suiker
½ theel verse chilipeper (zeer fijngehakt)
½ theel citroengras (superfijn gehakt of anders niet)
2 theel Shaoxing rijstwijn
½ theel sesamolie
1 eiwit
snufje zout & peper
Stoompan
Frituurpan
Maal of hak de garnalen fijn. Roer eerst het eiwit en maizena tot een glad mengseltje, voeg de gehakte garnalen eraan toe en mix tot een plakkerige substantie. Roer dan de rest van de ingrediënten erdoor. Knip een mooi stuk uit een vel. Leg er wat vulling op en vouw dicht. Rolletjes of pakketjes, zolang er maar meerdere laagjes zijn. Plak dicht met maizenapapje of water.
Deze rolletjes/pakketjes eventueel strak inpakken in aluminiumfolie of hittebestendig huishoudfolie, maar zonder lukt het ook. In zo’n 10-15 minuutjes gaar stomen. Tot etenstijd in ijskast wegzetten of invriezen.
Vlak voor gebruik frituren op 185°C. (niet vergeten folie eraf te halen)
Voor een extra crispy resultaat haalde ik ze eerst nog even door een tempurabeslagje. Bijkomend voordeel daarvan is dat eventuele scheurtjes meteen gesealt worden. Serveren met lief dipsausje zoals rode rijstazijn met wat reepjes gember. Of bekijk de post over dipsausjes voor dimsum.
Ik gebruikte hier de semi-gedroogde tofuvellen en die waren flexibel genoeg om mee te werken. Als ze te droog zouden zijn leg je ze even tussen twee natte theedoeken.
½ kabocha (Japanse pompoen)
1 el gehakte verse gember
1 sjalotje, fijngesneden
1 el rode of groene currypasta
200 ml kokosmelk (½ blik, ongezoet)
200 ml kippenbouillon
2 el vissaus
sap van ½ limoen
lente-ui, koriander
handje gebakken of gekookte garnalen
Leg de halve pompoen, ontdaan van zaden met snijvlak naar beneden in een braadslee of ovenschaal. Klein laagje water erbij en zet half uurtje in een oven van 225°C of tot de pompoen zacht is en je het vruchtvlees er makkelijk uit kunt scheppen.
Fruit het sjalotje en de gember in een beetje olie glazig.
Doe er de eetlepel rode of groene currypasta bij (liefst zelfgemaakte) en bak dit een minuutje mee tot er een lekkere, gebakken geur vanaf komt. Voeg dan de kokosmelk, kippenbouillon en vissaus toe en het gare vruchtvlees van de pompoen. Breng aan de kook en pureer mbv blender, staafmixer of passeerzeef tot gladde, fluweelachtige soep.
Proef en breng eerst op smaak/dikte met extra vissaus, extra bouillon en tot slot het limoensap. Garneren met lente-ui, koriander of reepjes limoenblad.
Serveren in soepbord met wat garnalen. In soepkom kan natuurlijk ook, maar dan zakken de garnalen omlaag.